Minder geboortes in België en Nederland maar ook minder natuur voor kinderen!


2023 is nog niet geheel voorbij en dus kunnen de volledige cijfers inzake het aantal geboortes in ons land dit jaar nog niet beschikbaar zijn, maar over het aantal Vlaamse geboortes in 2023 berichtte Het Laatste Nieuws op 19/12/2023 toch reeds dat dit “naar schatting op ongeveer 63.000 zal uitkomen. Dat is een lichte daling met 1 à 1,5 procent in vergelijking met 2022. De daling is het meest uitgesproken in Limburg en Oost-Vlaanderen (-2,5 procent), het geboortecijfer bleef eerder stabiel in West-Vlaanderen en Antwerpen.”

De nieuwe daling komt niet als een verrassing. Ook bij de Noorderburen gaat het die richting uit. In het Nederlandse dagblad Trouw stelde Laura van Baars – chef opinie bij De Persgroep-krant – op 8 december 2023 de volgende titelvragen: “Nog maar 1,49 kind per Nederlandse vrouw; is dat goed of slecht nieuws? Wijst kinderloosheid op vrijheid of eerder op de onmogelijkheid van een gezin?”

Van Baars opende haar beschouwingen met de opmerking dat “‘kindvrij’ het woord is dat sommige mensen liever gebruiken dan ‘kinderloos’. Kinderloos drukt nog zoiets uit als spijt of verdriet om een onvervuld verlangen, bij ‘kindvrij’ is het duidelijk dat de man of vrouw in kwestie tevreden is zonder nageslacht. Illustratrice Marloes de Vries, die over het uitblijven van haar kinderwens een boek maakte, vertelde vorige maand in Trouw dat zij vijf jaar geleden nog tegen veel onbegrip en kritiek opliep. Maar die tijden zijn veranderd, ervaart zij.”

Want zie, ook in Nederland is het kindvrij blijven – van Baars zelf ging toch maar verder met de term ‘kinderloosheid –  “steeds gangbaarder geworden.” Hoe komt dat ? Van Baart: “Is het individualisme?” (Zoals ene mijnheer de paus van Rome het beweert.) “Zijn het taboes die doorbroken zijn over hoe zwaar het eigenlijk is, voor kinderen zorgen?”

Feit is dat mensen tegenwoordig veel bewuster omgaan met de vraag of ze al dan niet kinderen willen én dat leidt tot uitstel- en afstelgedrag.

Dalende geboortecijfers in Nederland en België

Van Baars: “Het geboortecijfer is in Nederland nog nooit zo laag geweest, bleek deze week uit een meting van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het nieuws is in lijn met de toename van het aantal abortussen in 2022 met 15 procent. Per Nederlandse vrouw werd nog maar 1,49 kind geboren. De hoeveelheid kinderen per gezin is vergelijkbaar met vroeger, maar minder vrouwen beginnen er nog aan. Dat is steeds vaker een bewuste keuze, constateert het CBS. ‘Jonge vrouwen van nu hebben andere kenmerken dan vrouwen van eerdere generaties’.”

Zoeken we de cijfers voor België op dan bleek dat er in 2021 nog een inhaalbeweging vast te stellen viel tegenover het corona-crisisjaar 2020. “Het aantal geboorten in België steeg met 3,7% in vergelijking met het voorgaande jaar. Deze stijging werd zowel in Vlaanderen (+4,7%) als in Wallonië (+3,9%) waargenomen. In Brussel bleef het geboortecijfer licht dalen (-1%).” Zo informeerde Statbel midden 2022 en het voegde er aan toe dat gezien de ‘corona-context’ “we niet kunnen spreken van een opleving van het geboortecijfer in België na 10 jaar daling, vooral omdat 2022 al een daling van het aantal pasgeborenen in ons land laat zien.”

Het totale jaar 2022 bracht inderdaad een nieuwe daling van het aantal Belgische geboorten. Het Laatste Nieuws berichtte op 9/2/2023: “In 2022 werden er voorlopig iets meer dan 113.800 geboorten geregistreerd in ons land. Dat zijn zo’n 2.800 geboorten minder dan in de periode 2018-2021. Gemiddeld werden er toen 116.639 geboorten per jaar geteld. We zitten dus met een daling van 2,4 procent, blijkt uit een eerste overzicht van het aantal geboorten van Statbel, het Belgische statistiekbureau.”

Op de webstek van ‘Opgroeien’ viel dan nog deze informatie te vinden: “Uit het dashboard met de provinciale cijfers leren we dat de vruchtbaarheidscijfers van Belgische vrouwen in elke provincie dalen. De vruchtbaarheidscijfers van niet-Belgische vrouwen stijgen in elke provincie behalve in Vlaams-Brabant (zelfde niveau) en Oost-Vlaanderen (daling). De daling van het geboortecijfer in elke provincie heeft dus vooral te maken met de daling van de vruchtbaarheidscijfers van Belgische vrouwen.”

In Vlaanderen “steeg het aandeel kinderen met een moeder met een niet-Belgische nationaliteit in 2022 opnieuw, naar 22,5 procent. Dat is hoger dan de voorgaande jaren. Het percentage ligt het hoogst in de provincie Antwerpen (27,6 procent) en het laagst in de provincie West-Vlaanderen (17,2)” (bron). Ook in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest waren er in 2022 opnieuw “relatief veel borelingen met de nationaliteit van een land van buiten de Europese Unie (27%)” (bron).

Dat de Belgische bevolking de jongste jaren toch sterk aangroeide – tot 11,7 miljoen begin 2023 – komt geheel op rekening van én de instroom uit het buitenland – met als grootste groep in 2022 de Oekraïners: van 10/3/2022 tot en met 31/1/2023 gaf de Dienst Vreemdelingenzaken meer dan 65.000 attesten tijdelijke bescherming aan Oekraïense vluchtelingen – én het hoger aantal kinderen bij allochtone landgenoten.

Op zoek naar verklaringen – Baarschaamte maar vooral bestaansonzekerheid!

Onder het tussentiteltje ‘Baarschaamte’ trachtte Laura van Baars in Trouw uit te leggen hoe “het moederschap voor veel vrouwen geen vanzelfsprekende bestemming meer is, zeker niet als een interessante carrière in het verschiet ligt. Vrouwen en mannen willen het volwassen worden uitstellen, zich nog niet settelen met een vaste partner, zichzelf ontwikkelen. Bovendien is er ‘baarschaamte’, stelt het CBS” (het Nederlands Centraal Bureau voor Statistiek), “omdat klimaatbewuste jongeren niet willen bijdragen aan de overbevolking.”

Maar van Baars merkte ook op dat zeker “niet alle vrouwen blijmoedig zullen spreken van hun kindvrije status als daad van zelfkennis, emancipatie of maatschappelijke betrokkenheid. Want kinderloosheid is vaak ook een teken aan de wand voor het vertrouwen dat mensen in hun toekomst hebben. De groep die volgens het CBS vooral minder vaak kinderen krijgt, is die van jonge vrouwen zonder afgeronde opleiding. Zij zullen inschatten: heb ik straks een woning voor mijn kind? En een vast inkomen? Kan ik de opvang betalen? De flexibilisering van de arbeidsmarkt is volgens diverse internationale onderzoeken de belangrijkste oorzaak voor de daling van het aantal baby’s. Sommige landen slagen erin de kindertwijfels weg te nemen met politieke ingrepen. Gratis kinderopvang, zoals Rutte IV onder druk van D66 had willen invoeren, had kunnen helpen.” Maar zoals bekend viel het kabinet Rutte IV over een andere bevolkingskwestie: die van de hoge instroom aan asielzoekers.

De verklaringen die van Baars vond voor het dalend bevolkingscijfer, spelen ook in tal van andere landen zoals bv. Japan en China. De stijgende levensduurte, de groeiende woningnood en de hoge onzekerheid op een steeds ‘flexibeler’ wordende ‘arbeidsmarkt’ – kritischer verwoord: de toenemende precariteit/bestaansonzekerheid van veel werkende mensen in het mondiale casinokapitalisme – nekken bij veel koppels de kinderwens. Komen daar nog bij: de sombere toekomstvooruitzichten van klimaatonheil, oorlogen, drugsmisdaad en de ‘multiculturele spanningen’ in de steden.

“Wordt zo’n stukje natuur voor een kind niet te duur?”

Wie nadenkt over de wereld die zijn of haar kroost te wachten staat, kan niet anders dan zich zorgen maken. Temeer daar er op onze volgebouwde, volgestouwde ‘planet of the humans’ steeds minder ruimte is voor kinderen om nog natuurlijk kind te zijn, om nog gewoon buiten te kunnen spelen. “Wordt zo’n stukje natuur voor een kind niet te duur ?” zong Johan Verminnen lang geleden al.

Een tweede bijdrage bij Trouw op 9 december ging daar ook over en over de vraag hoe je “kinderen weer buiten aan het ravotten” kan krijgen. Want “in de natuur spelen is goed voor het kind én voor de natuur.

Sebastiaan Grosscurt berichtte dat Nederlandse kinderen “steeds minder buiten komen. In 2013 speelde 20 procent van de kinderen tussen 6 en 12 jaar elke dag buiten, in 2018 was dat nog maar 14 procent. Tegelijkertijd steeg de schermtijd, net als het aandeel kinderen dat minder buiten speelt dan het eigenlijk zou willen.”

‘Buiten’ betekent bovendien steeds vaker een speeltuin dan bijvoorbeeld een bos. “En dat terwijl in de natuur spelen hartstikke gezond is. Ian Mostert, projectleider Kind en Natuur bij IVN Natuureducatie, somt de voordelen op: “Door naar buiten te gaan, bouw je weerstand op. Bijvoorbeeld door met je handen in de modder te zitten en daarna in je mond. Dat is goed voor je darmflora en immuunsysteem. Verder is de natuur ook een plek waar niet bepaald wordt wat je moet doen. Dan zie je dat jonge kinderen met losse materialen hun eigen spel gaan maken. Zij gaan met hun eigen fantasie en creativiteit aan de slag.”

Probleem is wel dat voor een deel van de kinderen én hun ouders de natuur al te vreemd geworden is. ”Ze kunnen moeilijk bedenken hoe ze ermee kunnen spelen.” Dan hebben ze een “duwtje in de rug nodig.” En daarbij moeten ouders ook leren om hun kinderen los te laten. “Kinderen kunnen pas echt op ontdekkingstocht als ze weten te ontsnappen uit het alziende oog van hun ouders. Veel mensen zien hun kinderen het liefst op de rubbertegels van de speeltuin spelen. Volgens Woortman willen ze niet dat hun iets overkomt, al denken kinderen daar zelf anders over: “Risico’s nemen vinden kinderen fantastisch.”

Topervaringen – Oog in oog met een wild wezen

Het summum van buitenervaringen ligt volgens veel deskundigen, in het plots oog in oog staan met een wonderlijke plant of boom of nog ‘levendiger’: een wild dier. Zelf herinner ik me hoe ik als kind op een middag schuilend in een koeienstal voor een plotse regenbui, een marterachtige op een paar meter van me in de wei zag lopen. Van latere datum zijn de plotse ontmoetingen in de Ardennen met reeën met wie ik oog in oog kwam te staan op een paar meter afstand, met een foeragerende vos die me minutenlang aankeek tot hij wegsjokte en op een avond met een dassemoeder en haar jongen … Spannend was dat wel, want ik bevond me tussen beide in én zo’n das, daar let je voor op. “Topervaringen’ noemt men zo’n belevenissen. Ervaringen die zo uniek zijn en zoveel indruk maken dat je ze jaren later nog herinnert.

“De vraag is welke ervaring een kind bijblijft”, stelde Ian Mostert in ‘Trouw’. “Het kan behoorlijk indrukwekkend zijn dat je een keer onder de sterren mag slapen, dat vergeet je nooit meer.” Hij kent ook ogenschijnlijke kleine ervaringen die een blijvende indruk achterlaten, zoals een kind dat urenlang gebiologeerd naar mieren zat te staren.”

Floor Woortman van Oerrr, het jeugdprogramma van het Nederlandse Natuurmonumenten, vertelde bij Trouw over kinderen die nog nooit op blote voeten in de modder hadden gelopen. “Eerst vonden ze het spannend, ze durfden echt niet. Maar uiteindelijk kregen we de schoenen niet meer aan.”

“Kinderen hebben de natuur nodig, maar andersom geldt dat net zo goed,” benadrukte Woortman. “Als het vuurtje niet voldoende wordt aangewakkerd en de kinderen van nu de natuur niet in hun hart sluiten, wie gaat er dan over dertig jaar voor de natuur zorgen? Ze zijn de natuurbeschermers van de toekomst.”

Jan-Pieter Everaerts