‘The Guardian’ pakt vaak uit met milieu- en klimaatnieuws dat door andere media overgenomen wordt. Maar het oorzakelijk verband erkennen tussen bevolkingsdichtheid en milieuproblemen: dat is er vooralsnog niet bij. Zo bracht de Britse krant op maandag 29 mei een bijdrage getiteld “Baby boomtown: does Nagi hold the secret to repopulating Japan?” Justin McCurry hemelde daarin een stad in westelijk Japan op, Nagi, waar de vruchtbaarheidsratio twee keer hoger ligt – 2,68 in 2021 – dan het Japans gemiddelde van 1,3 kind per vrouw en waar zowat de helft van de huishoudens drie of meer kinderen telt.
En zo “is Nagi quietly producing what much of the rest of the country is lacking: children.” Kinderen produceren … Wat een taaltje.
McCurry citeerde Japans eerste minister Fumio Kishida volgens wie Japans dalende geboortecijfers een bedreiging vormen voor het functioneren van de Japanse samenleving. Verwacht wordt dat de Japanse bevolking zal krimpen van de huidige 125 miljoen naar 87 miljoen in 2070. Volgens McCurry een nachtmerrie want “with population decline comes a shrinking economy, huge pressure on families and an over-burdened workforce.”
Nu ligt Nagi blijkbaar tamelijk idyllisch: “set against mountains and forests”. Dat zal wel mee verklaren hoe Nagi kon uitgroeien tot “a child-rearing utopia”. Maar “miracle town Nagi” dankt zijn ‘hoge productiviteit’ volgens McCurry vooral aan twee decennia van lokale initiatieven die leidden tot een genereuze kinderopvang en “an all-in approach to raising families”.
Het mag ook wat kosten. CNN berichtte in 2019 al over Nagi onder de titel “Inside the Japanese town that pays cash for kids“. McCurry bericht nu dat in Nagi, “young families are eligible for a range of financial benefits, including a one-off payment of ¥100,000 (£580) on the birth of each child.”
Verder genieten kinderen van kosteloze gezondheidszorgen tot 18 en kosteloze schoolboeken tot 15 jaar. Schoolmaaltijden worden gesubsidieerd en jonge gezinnen van buiten de stad worden aangetrokken met goedkoop te huren woningen. Een belangrijke aantrekkingspool is ook de nabijgelegen basis van het leger, in het ooit zo veroveringszuchtige Japan nog altijd omschreven als ‘self-defence force’.
In februari nog bezocht premier Kishida het landelijke Nagi en het zal hem volgens ‘The Guardian’ wellicht inspireren voor het ambitieus plan dat hij binnenkort zal brengen om Japans ‘demografische crisis’ aan te pakken. In 2022 daalde het aantal geboortes in Japan tot 799.728, het laagste aantal sinds de geboortes geregistreerd werden in 1899. Bizar, maar ‘The Guardian’ vermeldde niet hoeveel mensen er dan in Nagi wonen. Volgens ‘CNN’ waren er dat in 2018 zo’n 6.000. Niet meteen een overbevolkte metropool dus zoals Tokyo waar de overheid dan weer geld geeft om mensen er toe aan te zetten de stad te verlaten…
Wat ze bij de Britse ‘kwaliteitskrant’ ook niet in het snotje hadden was dat ondanks de krimpende en verouderende bevolking de Japanse economie toch weet te groeien.
Zoals wist de email-nieuwsbrief van ‘BusinessAM’ op donderdag 25 mei dit te melden: “Japan maakt economische comeback”. Op de BAM-website kon je vernemen dat “zowel de macro- als de beurscijfers van Japan wijzen op een groeiversnelling van de op twee na grootste economie ter wereld. Het land heeft eindelijk het deflatiespook kunnen verdrijven, zo merkt Erik Joly, hoofdeconoom bij ABN Amro België op.”
Tiens, is daarmee niet meteen ook aangetoond dat een kapitalistische economie kan vergrijzen én demografisch krimpen én toch nog economisch groeien. Niet dat we nog meer economische groei moeten promoten op onze o zo eindige Planeet Aarde, maar de vaststelling ontneemt de voorstanders van bevolkingsgroei wel hun economisch hoofdargument dat ze overigens meestal handig weten te motiveren als noodzakelijk voor ‘onze’ welvaart. ‘Onze’ welvaart of eerder de winst van de grote bedrijven in wiens raden van beheer politici zo graag gaan zetelen ?
Jan-Pieter Everaerts